< Terug naar codex

Het kerelskind

Pagina: ---/---

Berten Rodenbach / Arthur van Zulte

Niet meer in de codex sinds 1955
 
— Van waar koms du getreden
Zo laat door rein* en wind,
Van waar komst du getreden,
Alleen, du blonde kind?

— Du smidje van de woude,
Ik kome van het veld
Waar vader heeft gestreden,
Waar vader ligt geveld.

— Lo!* viel hij, ’t was met ere,
Dijn vader welbemind.
Wat bergt dijn blauwe schabbe*,
Du arrem heldenkind?

— Du smidje, ’t zijn de scherven
Van vaders goede zweerd;
Du zals het mi hersmeden:
Het is ’t hersmeden weerd.

— ’k Hersmede het di sterker
Dan ’t vaders hand ooit zwong
Maar, waartoe wil ’t di dienen?
Du best zo bitter* jong.

— Du smidje van de woude,
Bij Lo ! du ne bist nie’ vroed*:
Mijn vader wille ik wreken
Met stromen walenbloed.