< Terug naar codex

Pintjedrinken

Pagina: 373/373

Jef Lesage / Armand Preud'homme
 
1. In de Brugse catechismus
staat te lezen kort en goed
Dat men spijzen al wie honger,
en wie dorst heeft laven moet.

Keerzang:
Pintje klinken,
pintje drinken,
jongens wat een zaligheid,
Wij doen mede
aan dat tweede
werkje van barmhartigheid.
Schuimend biertje,
wat pleziertje,
bruine buik met witte kol.
Kom Karleentje,
tap nog eentje,
vul de glazen boordevol!

2. Ook ons Here op de bruiloft
maakte ras van water wijn.
Spijtig dat wij toen in Kana
niet aan tafel konden zijn.

3. Als de kwezels water drinken
lacht in d'hemel Sinte Pier,
Want de kost is daar voor eeuwig
rijstepap met patersbier!